1. Wat was je eerste gedachte nadat je het boek dichtsloeg?
   
   
2. Wat vond je van de natuuromschrijvingen?
   
   
3. Begrijp je Noor? Waarom wel of niet?
   
   
4. Wat zijn je gedachten over de vier die samenspannen: Noor, Katja (Wolf), Magnus en Frode?
   
   
5. Welk personage vond je het meest sympathiek? En wie het minste? Waarom?
   
   
6. Herlees de epiloog en beantwoord de vragen die Noor zich daarin stelt. Wat zijn jouw antwoorden op haar vragen?

7. Kun je je voorstellen dat er omstandigheden zijn waarin je iemand doodt? Welke omstandigheden zouden dat kunnen zijn?

8. Is moord per definitie fout?

9. Is er een verschil tussen schuldig zijn, en je schuldig voelen?

10. Als je met een groepje mensen gezamenlijk iemand doodt, ben je dan minder schuldig dan wanneer je in je eentje iemand ombrengt?

11. Zit er in iedereen een moordenaar verstopt?

12. Is het makkelijker om iemand te doden die je niet kent dan iemand die je wel kent?

13. Is medeplichtig zijn net zo erg als zelf met eigen hand iemand doden? Waarom wel, of waarom niet?

14. Wat vind je van de gedachte van de ‘Übermensch’? Mag je zelf regels stellen, of is het nodig dat de maatschappij regels stelt? Wat zou er gebeuren als iedereen zijn eigen regels mag stellen?

15. Frode zegt dat beschaving een dun laagje vernis is. Ben je het daarmee eens? Waarom wel of niet?

16. Een passagier maakt de opmerking in een van de TV-show fragmenten dat ze zou moorden om haar overleden zoon terug te krijgen. Als je iemand die je in je leven verloren bent terug zou kunnen krijgen door iemand te doden, zou je dat dan doen?