15 september 2020 | Tip van Sanne

‘Geteld, Geteld’ voert je mee naar de wereld van de Hongaarse adel aan het begin van de twintigste eeuw. Het is een aaneenschakeling van balseizoenen in de stad en feesten en jachtpartijen in het natuurschoon van Transsylvanië. Alle ingrediënten zijn er voor wie van een goed kostuumdrama houdt: liefdesgeschiedenissen van ongelukkig getrouwde vrouwen, jonge meisjes die voor een schurk van een vent vallen, maar ook jongemannen die op het verkeerde pad raken. En natuurlijk de held van het verhaal: Balint Abady, die probeert zijn mannetje te staan als landheer en politicus – naast het onderhouden van zijn eigen ingewikkelde liefdesleven. En dat is zo makkelijk niet in het Transsylvanië van 1905.

Het ogenschijnlijk onbezorgde leventje van de Hongaarse adel is een dansen op de vulkaan: de politieke situatie is explosief en het wordt al snel duidelijk dat de meesten geen flauw idee hebben wat er speelt onder de rest van de bevolking. En ook de Hongaarse high society heeft zo haar rafelrandjes: een bal eindigt met een tirade van een dronken, kotsende man, de mensen zijn bij vlagen grofgebekt – de ‘stiff upperlip’ van het leven in de Engelse landhuizen is soms ver te zoeken.

Al deze ingrediënten maken het boek een caleidoscoop waarbij met het omslaan van de bladzij wordt geschakeld tussen liefdesverhaal, de geschiedenis van het Oostenrijks-Hongaarse rijk, en een satire op het leventje van de Hongaarse adel. Kortom: een heerlijk, afwisselend boek. En wie daarna nog niet genoeg heeft van het walsen over de Transsylvanische dansvloer op het ritme van de zigeunerband: dit is het eerste deel in een trilogie. Ongetwijfeld wordt het ritme en het drama verder opgevoerd in de komende delen.

Sanne
Titelbeschrijver bij de Koninklijke Bibliotheek

Ik ben voor alles te porren, maar geniet vooral van internationale literatuur, detectives en historische non-fictie. Hoewel een goede memoire ook niet te versmaden is, en historische romans kan ik ook niet laten liggen… kortom: ik ben een alleslezer!

Op dit moment maak ik een literaire wereldreis door van elk land ter wereld minstens één boek te lezen. Zo ontdek ik allemaal nieuwe auteurs en verhalen die ik anders niet was tegengekomen. Op deze manier heb ik recent de boeken van Olga Tokarczuk en Deon Meyer ontdekt – en dat smaakt naar meer!

Boeken die ik zo mooi vond, dat ik er nog steeds van moet bijkomen: ‘Het jongensuur’ van Andreas Burnier, ‘De tienduizend dingen’ van Maria Dermoût en ‘Ademschommel’ van Herta Müller.