3 mei 2018 | Tip van Eric

Hilarisch en tegelijkertijd ontzettend beklemmend. Dat is het verhaal van een brave conrector in de grote stad die zich ergert aan de toenemende overlast van vandalen, buren en een studentenhuis in de straat. De politie doet niks. Daarom sluiten hij en z’n vrouw zich aan bij een ogenschijnlijk sympathieke organisatie van elkaar helpende burgers die overlast aanpakt.

Wat begint als een invoelbaar en ironisch verslag van wat ze meemaken, ontaardt geleidelijk in een nachtmerrie, waarin het middel steeds erger wordt dan de kwaal. Het echtpaar raakt verder en verder verstrikt in het louche preventienetwerk. ’t Hart schetst subliem de ontreddering en paranoia, tot aan de verrassende ontknoping toe.

Eric
Coördinator online Bibliotheek

Schrijvers van wie ik veel werk heb gelezen zijn Bret Easton Ellis, Harry Mulisch en Arnon Grunberg. Mooie boeken van anderen die mij bijzonder zijn bijgebleven, zijn ‘Gloed’ van Sándor Márai, ‘De Meester en Margarita’ van Michail Boelgakov, ‘Hokwerda’s kind’ van Oek de Jong en ‘Liefdeleven’ van Marcellus Emants.

De laatste tijd lees ik meer non-fictie. Mijn interesse gaat daarbij uit naar politieke reconstructies, memoires en biografieën, en naar boeken over de Middeleeuwen en over Europese en Nederlandse geschiedenis.