In een fort in Boedapest leven zes door de goden vervloekte krijgers. Ieder van hen draagt een demon in zich - Geweld, Ziekte, Dood, Pijn, Toorn en Losbandigheid - en ieder van hen levert dag en nacht strijd om zijn demon in toom te houden... Maddox, de hoeder van Geweld, sterft al duizenden jaren lang elke middernacht een gruwelijke dood, waarna zijn ziel wordt meegesleurd naar de hel. En elke ochtend weer wordt hij wakker in zijn bed - wetende dat hij nog diezelfde avond opnieuw zal sterven... Overal waar Ashlyn komt, hoort ze stemmen uit het verleden, en dat drijft haar tot wanhoop. Zodra ze bij Maddox is, wordt ze echter omgeven door stilte. Hij, op zijn beurt, merkt dat Geweld zich rustig houdt als hij bij haar is. En als blijkt dat ze met behulp van haar gave misschien een manier kan vinden om zijn vloek te verbreken, gelooft hij dat hun ontmoeting voorbestemd moet zijn. Maar de goden hebben andere plannen. Onverwacht omsingelen demonenjagers - de aartsvijanden van de krijgers - het fort, en er is er slechts één die hen daarnaar toe geleid kan hebben. Twijfel verscheurt Maddox. Is de vrouw die zijn ziel lijkt te kunnen redden een verraadster? Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie