Deze bundel bevat vier verhalen over Jan Prins, Bob Evers en Arie Roos. BOTSING MET EEN ZWENDELDUO: Jan Prins krijgt een rekening, gevolgd door een aanmaning, voor gereedschap dat hij niet heeft besteld en evenmin heeft ontvangen. Jan vermoedt dat hem een loer wordt gedraaid. Hij komt uit bij oude bekenden. DE VROUW MET DE HELBLAUWE OGEN: In een restaurant in Pittsburgh wordt Bob Evers uitvoerig bekeken door een vrouw met helblauwe ogen. Ze is vergezeld van een man die Bob aan iemand doet denken met wie hij het uitgebreid aan de stok heeft gehad. IN HET SPOOR VAN SOLLICITANTEN: Arie Roos krijgt een verzoek van een privédetective die hij lange tijd niet heeft gezien: wil je meewerken aan het testen van sollicitanten? Arie zegt 'ja' en merkt na enkele dagen dat het niet alleen gaat om een test, maar ook om oplichting. ONWEER, EEN KNUFFEL EN EEN WIEL: Jan Prins, Bob Evers en Arie Roos brengen een nacht door in een trekkerstent op een camping waar twee onweren tegen elkaar botsen. Het gevolg is: harde windvlagen, een hagelbui en een onvoorstelbare hoeveelheid regen. Voortenten, afvalbakken en alles wat plastic en papier is, kiest het luchtruim. Bob raakt te water en komt boven met een knuffel maar zonder schoen, Jan verliest zijn autosleutels en Arie ziet een raam langs zijn hoofd zeilen. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie