‘Durf jij wat ik durf, Vicky?’ Elize loopt over het platte dak van het landschapshotel waar we logeren en blijft vlak voor de lage dakrand staan. Een muurtje van pakweg twintig centimeter hoog. Ze staat gevaarlijk dichtbij. Ik loop schuin achter haar en bevries ter plekke.
Elize met haar kortgeknipte haar, haar jongensachtige uiterlijk. Het was haar idee om hiernaartoe te gaan. Alle maffe en impulsieve ideeën kwamen van haar. Dat was altijd al zo geweest, van kleins af aan. Het hoorde bij haar karakter.
Wat doe ik hier eigenlijk? Waarom sta ik hier?
Omdat Elize mijn twee jaar jongere zus is en ze altijd haar zin krijgt. Ze daagt me altijd uit om dingen te doen die ik niet wil. Dat is typisch Elize. Soms vind ik haar onuitstaanbaar, zoals nu. Zoals ze daar staat in haar streepjestrui en vale spijkerbroek met scheuren. Vol bravoure. We verschillen niet alleen qua uiterlijk.
Een kwartier geleden zat ik nog keurig op een rotan stoel op een zonovergoten terras, beneden in de tuin. Ik droeg een fleurig zomerjurkje en dronk thee uit een gebloemd kopje. Mijn rug kaarsrecht, mijn rechterpink in de lucht. Als een dame. Elize zat tegenover me en staarde verveeld voor zich uit. Thee drinken vond ze saai. Oersaai. Haar blik dwaalde af en bleef ergens achter mij hangen. Haar houding veranderde. Ze veerde overeind. Haar donkere ogen glinsterden. Elize zag er opgewonden uit. Met blosjes op haar wangen. ‘Kom,’ zei ze en ze boog naar me toe. ‘We gaan het dak op.’
De jury over 'Vrije val'
'Dit verhaal trof ons direct. De sterke opening trekt de lezer het verhaal in, de personages intrigeren vanaf het begin. De schrijver weet in relatief weinig woorden veel te vertellen en heeft een prettige stijl. Tel daarbij de verrassende wending die ook nog eens geloofwaardig is en het is duidelijk: 'Vrije val' is de winnaar van de online Bibliotheek Alice Munro Verhalenwedstrijd.'